Toetsen als belangrijke vaardigheid voor studenten
Sam de Vlieger (RSG Pantarijn, Wageningen)
In het voortgezet en hoger onderwijs worden studenten veelvuldig getoetst. Maar ze leren niet om zelf te toetsen: de toetsvragen worden bijna altijd door de docent of de uitgever bedacht, en in het geval van open vragen is het alleen de docent die alle antwoorden ziet en beoordeelt. Ik wil dat studenten meer leren dan het geven van een juist antwoord op een toetsvraag. Ik wil dat studenten leren om na te denken over wat de moeite waard is om te toetsen, over de vragen die je dan moet stellen en over wat nou een goed antwoord is. Om dit efficiënt te organiseren, heb ik www.peertest.nl ontwikkeld. Peertest is een webapplicatie waarop studenten elkaar (peer-to-peer) toetsvragen kunnen stellen en die de resultaten daarvan voor docent en student inzichtelijk maakt. In dit blog ga ik in op twee belangrijke voordelen voor studenten en hoe Peertest kan worden ingezet in het onderwijs.
Studenten leren zelfstandig en kritisch denken
Normaal gesproken bepalen docenten wat getoetst wordt en op welk denkniveau dit gebeurt – vaak volgens het model van Bloom. Als studenten goed willen scoren op een examen moeten ze dus vooral niet zelf nadenken over wat er relevant en belangrijk is, maar kunnen ze beter de beoordelingsmatrix bestuderen en proefexamens maken om te zien wat er van ze verwacht wordt.
Door studenten tijdens het leerproces elkaar te laten toetsen zorg je voor een andere houding ten opzichte van de leerstof. Ze moeten nadenken over welke informatie en vaardigheden relevant zijn en wat je moet vragen om andere studenten op de proef te stellen. Op deze manier krijg je als docent tijdens het leerproces inzicht in wat studenten als relevant beschouwen. Deze informatie kun je vervolgens gebruiken in lessen en colleges.
Studenten leren van elkaars antwoorden
Doorgaans zien studenten uitsluitend hun eigen antwoorden, een antwoordmodel en misschien de opmerkingen van de docent. Voor een student die niet goed is in het beantwoorden van vragen is dit vaak onvoldoende. Deze student heeft meer voorbeelden nodig van goede en minder goede antwoorden om een beeld te krijgen van wat een kwalitatief goed antwoord is.
Onderzoek van David Nicol laat zien dat vergelijkingen van eigen werk met dat van peers een zeer rijke en waardevolle bron van informatie is (2021). Als je studenten toetsvragen met een antwoordmodel laat inleveren (eigen werk) en studenten vervolgens de antwoorden van andere studenten laat beoordelen, ontwikkelen studenten “een neus voor kwaliteit”, zoals Bas Trimbos dat noemt.
Inzet van Peertest in het onderwijs
Omdat studenten meestentijds niet gewend zijn om andere studenten met vragen op de proef te stellen, vergt het peer-to-peer toetsen een stevige begeleiding van de docent.
Als eerste is het belangrijk om voorbeeldvragen te bespreken. Je kunt een aantal vragen uitdelen en bespreken of zelf vragen toevoegen aan Peertest. Nadat deze vragen beantwoord zijn kun je gezamenlijk bespreken of en waarom dit goede vragen zijn. Je kunt van te voren criteria voor vragen uitdelen of achteraf gezamenlijk criteria voor goede vragen formuleren.
Als studenten hun eerste vragen gaan bedenken, kan het helpen om ze in tweetallen eerst op papier een vraag en antwoordmodel te laten formuleren. In mijn ervaring zorgt het schrijven van de vraag op papier en het werken in tweetallen voor een grondigere aanpak en voor betere vragen. Als docent kun je dan rondlopen om studenten te helpen bij het formuleren van de vraag en het antwoordmodel. Vervolgens kunnen studenten de vraag op Peertest zetten zodat hun medestudenten de vraag kunnen beantwoorden.
Na het beantwoorden van de vragen, kan de auteur van de vraag de antwoorden op haar/zijn vraag rangschikken. Deze rangschikking is voor de docent en alle studenten zichtbaar – maar de antwoorden en vragen zijn anoniem. Als docent is het interessant om deze rangschikking in een les of college te bespreken, of de auteur van de vraag de opdracht te geven om een rechtvaardiging voor deze rangschikking te schrijven. Op deze manier moeten studenten hun beoordelingscriteria expliciteren.
De antwoorden op de vraag zijn tegelijkertijd ook feedback op de kwaliteit van de vraag. Als docent is het interessant om te bespreken of de auteur van de vraag deze antwoorden had verwacht. Als ze andere antwoorden hadden verwacht is het interessant om na te gaan waar dit aan ligt. Is het de formulering van de vraag? Het begripsniveau van hun peers?
Uit mijn ervaring blijkt dat het eenvoudig is om studenten te stimuleren om vragen van hun peers te beantwoorden. Het stellen van vragen kan, zeker in het begin, rekenen op minder enthousiasme – wellicht door de moeilijkheid. Het motiveert studenten als sommige vragen ook in de toets terug kunnen komen.
Toetsen als vaardigheid
Met Peertest kunnen studenten elkaar toetsen en hun vaardigheid om vragen te stellen en antwoorden te beoordelen, ontwikkelen. Hierdoor leren studenten zich kritisch en zelfstandig te verhouden tot datgeen wat ze leren. Door de antwoorden van hun peers te beoordelen, ontwikkelen ze een neus voor kwalitatief goede antwoorden. Tegelijkertijd werk je samen met je studenten aan de ontwikkeling van zeer rijk en interessant leermateriaal.
Iedereen kan kosteloos een account aanmaken op www.peertest.nl. Mocht je vragen of opmerkingen hebben dan ontvang ik graag een bericht via sam@peertest.nl
Bronnen
Nicol, D. (2021). The power of internal feedback: exploiting natural comparison processes. Assessment & Evaluation in Higher Education, 46(5), 756-778. https://doi.org/10.1080/02602938.2020.1823314