Hogeschool Saxion: opleiding Bedrijfskunde (2021 – 2022)

De opleiding heeft vanuit de beroepsbekwaamheid van de opleiding vier kerntaken geformuleerd: (1) processen, (2) samenwerking, (3) professionalisering en (4) waarde creatie. Kerntaken zijn een set samenhangende en complexe kernberoepsactiviteiten die een startbekwame professional moet kunnen uitvoeren in de beroepspraktijk. De vier kerntaken heeft de opleiding geconcretiseerd in prestaties (leeruitkomsten) op drie niveaus: 1 = junior, 2 = medior en 3 = senior (eindniveau). De prestaties maken de kerntaken meetbaar en vormen de bouwstenen van het curriculum. Op basis van de prestaties bepaalt de opleiding welke (leer)activiteiten er ontworpen worden en welke inhouden daaraan gekoppeld worden.

De datapunten binnen de opleiding zijn ontworpen door docentontwikkelteams (DOT), die bestaan uit docenten die studenten begeleiden tijdens de leeractiviteiten. De datapunten zijn gekoppeld aan prestaties en kerntaken en bestaan uit bewijsstukken/producten die studenten hebben gemaakt, met een bijbehorende waardering (feedback). Maar ook (reflectie op) docent-, coach-, peerfeedback en tussentijdse evaluaties zijn datapunten. Studenten worden aangemoedigd om naast de verplichte datapunten ook zelf datapunten toe te voegen. Alle datapunten worden op Blackboard ingeleverd en moeten aan VRAAK-criteria voldoen: variatie, relevantie, authenticiteit, actualiteitswaarde en kwantiteit. Hierbij leveren de studenten een reflectie op het eigen leerproces en de bijbehorende waardering (feedback) in. Deze feedback hebben zij opgehaald bij meerdere bronnen, zoals de opdrachtgever, expert, medestudenten, et cetera.

Per week zijn er negen lesuren ingericht voor inhoudelijke leeractiviteiten, waarbij drie docentcoaches aanwezig zijn. De activiteiten die centraal staan dragen bij aan de ontwikkeling van de studenten op de prestaties die zij moeten beheersen. Het ophalen van (mondelinge) feedback voor studenten wordt gefaciliteerd in de vorm van vaste momenten en inleverpunten in de leeromgeving. Hiernaast wordt er peerfeedback ingezet door de opleiding om studenten van elkaar te laten leren. Van hun studiecoach ontvangen studenten feedback op professionele en persoonlijke ontwikkeling. Gedurende de opleiding hebben studenten een vaste studiecoach die onder andere de ‘thuisgroep’ (studiecoaching) begeleidt en studenten helpt met het voorbereiden op de ontwikkelgesprekken met de docentcoach. Studenten voeren drie tot vier keer per semester een ontwikkelgesprek met de docentcoach. De opleiding noemt dit low-stake momenten waarbij de docentcoach samen met de studenten kijkt naar de groei van de studenten over de afgelopen periode met betrekking tot de prestaties.

Aan het eind van elk semester vindt er een beslissing plaats waarbij de studenten 30 studiepunten kunnen behalen. De studenten leveren hiervoor hun portfolio met alle datapunten, feedback(formulier) en reflecties in op Blackbord. Ter voorbereiding op de portfoliobeoordeling stellen de studenten een zelfevaluatie op waarbij ze kijken naar hun kwaliteiten en ontwikkelpunten per prestatie. Hiernaast is ook een adviesbeoordeling van de docentcoach opgenomen in het portfolio. Op basis van alles wat de student heeft ingeleverd, wordt er door een onafhankelijke beoordelaar een voorlopig oordeel gevormd aan de hand van het beoordelingsformulier dat is gebaseerd op de prestaties. De beoordelaar komt vervolgens samen met drie andere beoordelaars (beoordelingscommissie) en zij bespreken de voorlopige oordelen met elkaar en passen deze aan indien nodig. De commissie vult hierbij het beoordelingsformulier definitief in op Blackboard en het cijfer wordt ingevoerd in Bison. Voor studenten die prestaties nog niet op het gewenste niveau hebben aangetoond, wordt een persoonlijk remediëringstraject opgesteld.